Mobiel bellen kun je doen met een pre-paidkaartje of met een abonnement. Kiezen we voor een abonnement, dan is dat in bijna de helft van de gevallen een sim-only abonnement. Die zogenaamd gratis telefoon mogen de providers houden.
Uit onderzoek van Telecompaper blijkt dat in het eerste kwartaal van vorig jaar 41 procent van alle mobiele abonnementen een sim-only abonnement was. Deze abonnementsvorm zat al een tijdje in de lift en in het eerste kwartaal van dit jaar is het aandeel toegenomen naar 47 procent. Van alle abonnementen is maar een kwart prepaid.
Smartphones niet meer revolutionair
Het onderzoek geeft geen directe verklaring voor de opmars van de sim-only abonnementen, maar deze laat zich raden. Smartphones hebben de afgelopen jaren een ware revolutie beleefd. Voorheen konden we bellen, sms’en en een potje Snake spelen op onze mobiel. De ontwikkelingen zijn hard gegaan en tegenwoordig doen we misschien wel meer op onze smartphone dan op een gemiddelde PC. Echter wanneer er nu een nieuw model uitkomt is dit eerder evolutie dan revolutie. Mensen hoeven dus niet zo nodig meer de allernieuwste smartphone die net iets sneller is of een ietwat betere camera heeft. De fanboys-n-girls uitgezonderd. We doen gemiddeld langer met ons toestel dan voorheen. Dan is een sim-only abonnement de meest logische en verstandige keuze.
Slecht nieuws voor telecomwinkels
Wat verder opvalt (maar geen vreemde ontwikkeling) is dat we steeds vaker abonnementen via internet afsluiten. Slecht nieuws voor de fysieke telecomwinkels is dat van alle abonnementen -met of zonder telefoon- 50 procent via internet wordt afgesloten. In het eerste kwartaal van vorig jaar was dit nog maar 43 procent. Van alle sim-only abonnementen is dit zelfs 60 procent.
Het onderzoek meldt tot slot dat KPN, T-Mobile en Vodafone maarktaandeel verliezen aan de goedkopere providers. Denk aan Tele2 en Hollandsnieuwe. Het marktaandeel van de prijsvechters, niet bij uitzondering een dochteronderneming van de grote jongens, groeide van 29 naar 40 procent.
